Voor fans van paradijselijke plekjes en off the beaten track-avonturen: ga naar de Fili’s! Met meer dan 7000 eilanden zijn de Filipijnen enorm. Tijdens een reis van een week of drie kun je heel veel zien, om dan nog steeds een waanzinnig groot deel van het land onbereisd achter te laten. Vandaag deel ik daarom met jou enkele tips.
De Filipijnen zijn toch nog even wat minder ontdekt en ontwikkeld dan bijvoorbeeld Thailand of Vietnam. Daardoor ben je soms wat langer bezig met uitzoeken welke plekken de moeite waard zijn om te bezoeken, hoe je er komt en wat je er kunt doen. Ideaal voor echte avonturiers dus! Maar ook voor een ‘gewone vakantie’ ben je hier op de goede plek, met prachtige stranden en ansichtkaart-achtige views.
Bohol
Een eiland in de Visaya’s dat bekendstaat om de Chocolate Hills en de spookdiertjes. Deze twee highlights maken Bohol tot één van de bekendere hotspots van het land. Wij ontdekten het eiland per scooter. Spookdiertjes, zo klein dat ze in je hand zouden passen, kun je spotten in de Tarsier Sanctuary. Te cute! Rijd daarna door naar de Carmen Chocolate Hills. Deze bergen danken hun naam aan de bruine kleur die ze krijgen in het droge seizoen. Vanaf het viewpoint heb je een prachtig uitzicht. Al scooterend kom je door het Mahogany man-made forest en kun je langs de hanging bridge rijden.
Siquijor
Eén van mijn favoriete plekken in de Filipijnen. Rustig, onontdekt, beperkte wifi, de liefste mensen en de prachtigste binnenweggetjes om overheen te rijden met een gehuurde motorbike. Wij hebben – geloof ik – bijna alle paadjes gezien. Ik lag een paar dagen ziek op bed, de andere dagen hebben we vooral heel veel het eiland over gereden. Zo mooi, zo groen! Twee plekjes die je niet mag missen zijn de watervallen Cambugahay Falls en Lugnason Falls. Zwem in de heldere poeltjes of duik het water in via de Tarzan Swing. Zoek een hostel in San Juan – daar krijg je elke dag een adembenemende zonsondergang cadeau. Siquijor staat trouwens ook bekend om de vele heksen en sjamanen van wie je een healing kunt krijgen.
Apo Island
Dit mini-eilandje ligt in de buurt van Negros en Siquijor. Je kunt een dagtour maken vanuit Dumaguete op het eiland Negros. Kan ook vanaf Siquijor, maar dan betaal je twee keer zoveel. Slapen op het eiland is ook een optie. Snorkelen of duiken bij Apo Island betekent zwemmen tussen prachtig koraal, veel gekleurde vissen en (hiervoor kom je natuurlijk echt): zeeschildpadden. Wij maakten de trip vanuit Dumaguete met Harolds, naast het gelijknamige hostel met een zeer geslaagd rooftop restaurant.
Palawan
Bewaar dit eiland voor het laatst, als kers op de taart, als toppunt van relaxen op strandjes zoals je ze voor je ziet wanneer je denkt aan de Filipijnen: wit poederzand, helderblauw water, palmbomen… De afleveringen van Expeditie Robinson worden niet voor niets opgenomen op dit eiland.
Eén van de mooiste (en bekendste) plekken om vanuit dit paradijs te zien is de Bacuit Archipelo. Vanuit El Nido kun je dagtours maken naar strandjes, lagoons en snorkelspots in deze archipel. Nadeel: je bent er niet de enige. Het lijkt wel of alle boten op hetzelfde moment op hetzelfde plekje aanmeren. Behoorlijk toeristisch dus, maar nog steeds enorm de moeite waard. Wij boekten bij El Nido Paradise een driedaagse expeditie. In plaats van teruggaan naar El Nido, word je gedropt op een verlaten strand om daar in een tentje te slapen. Het hoogtepunt van deze driedaagse trip, wat mij betreft! Je slaapt er met zo’n acht reizigers, je krijgt een (simpele) avondmaaltijd en ontbijt voorgeschoteld, daarna drink je rum cola bij het kampvuur voordat je je tent induikt. De volgende ochtend kijk je al tandenpoetsend uit over de prachtige, lege zee vol eilandjes.
Zo’n soort trip kun je trouwens ook maken van Coron naar El Nido (bijvoorbeeld met Tao Experiences). Minder toeristisch, maar wel duurder.
El Nido is een klein, druk, toeristisch plaatsje. Tip: boek je accommodatie op tijd, want veel is vol en overpriced. Vanuit El Nido huurden we nog een dagje een scooter (ja, again…) en reden we naar Nacpan Beach – gorgeous!
Wil je de El Nido-ervaring zoals het er een jaar of tien geleden schijnt te zijn geweest? Ga naar Port Barton. Wij reisden er meteen heen na onze aankomst op Puerto Princesa. Port Barton is een klein vissersdorpje waar je veel relaxte backpackers tegenkomt. Vanuit Port Barton kun je, net als in El Nido, een dagtour maken waarbij je stranden bezoekt en gaat snorkelen. Het is niet zo waanzinnig als de Bacuit Archipelo, maar wel minder druk en daardoor net zozeer de moeite waard. Ook kun je naar een waterval lopen – vraag bij het toeristenbureau voor een gratis beschrijving van de route. Voor een gezellige avond met andere backpackers: ga naar het restaurantje (zonder naam) met geschilderde vlaggen op de muur, tegenover de dorpsschool. Vraag andere backpackers en ze kunnen je vast helpen, want ’s avonds lijkt iedereen hier samen te komen. Je kunt kiezen uit een Filipijns of westers gerecht. Het is er vooral supergezellig!
En dan nog wat andere to do’s in de Filipijnen (waar ik nog niet aan toekwam):
- De rijstvelden in het noorden van Luzon (boven Manila) schijnen prachtig te zijn, je moet er wel zijn in het juiste seizoen.
- Bezoek of beklim een van de vele vulkanen, in het noorden of juist het zuiden van de Filipijnen.
- Snorkelen met walvishaaien kan bij Oslob of Donsol. Oslob, op Cebu, ligt misschien eerder op je route, maar hier worden de haaien gevoerd. Niet helemaal zoals je hoopt dat het gaat dus.
- Vanuit Sabang op Palawan kun je een trip maken naar de Puerto Princesa Subterranean River, een ondergrondse rivier.
- De steden zijn niet bepaald highlights met de warmte, het drukke verkeer en de fastfoodketens. Al heeft het ook wel weer zijn charme, en elke stad heeft wel weer iets te bieden. Waarschijnlijk ontkom je niet aan een bezoek aan steden als Cebu, Manila, Puerto Princesa en Dumaguete, omdat het de toegangspoorten zijn tot kleinere eilandjes waar je de ferry of een vliegtuig naartoe moet nemen.
- Zin in feestjes? Ga naar het eiland Borocay.
Wat ik het mooiste vond aan het land? De stranden, de groene binnenlanden en absoluut: de lokale bevolking. De mensen zijn zo oprecht vriendelijk en vrolijk. Vooral op het eiland Siquijor wordt het cliché van de zwaaiende kindertjes waarheid. Zelfs volwassenen zwaaien en lachen vol enthousiasme.
Over het eten
Downside van de Filipijnen: het eten. We waren er al voor gewaarschuwd door andere reizigers, een voedzame en smakelijke maaltijd vinden is soms een uitdaging. De lokale keuken kent nou niet zijn verrukkelijke specialiteiten zoals in Thailand of India. Het eten is vaak zoet, zout en/of vet. Een redding kan zijn: ‘de pannetjes-cultuur’, zoals wij het noemden. Op veel plekken vind je eettentjes waar rijen pannen staan. Vraag wat erin zit, vaak zijn er ook vegetarische opties. Dan eet je bijvoorbeeld pompoen of boontjes met rijst. (Koud, want het wordt van tevoren klaargemaakt.) Verder eten de Filipino’s veel vlees van de barbecue en natuurlijk vis. Vraag een local om een leuk plekje om te eten en de kans is groot dat hij je naar McDonalds of Jollibee verwijst – ook een fastfood-restaurant, waar ze hier dol op zijn. In de steden trekken de locals er met zijn allen op uit naar de mall om bij dit soort plekken te eten. Fruit, de pannetjes, aubergine van de barbecue en toeristische restaurants kunnen je redding zijn.
Nog wat handige info
- Betalen gaat met Filipijnse pesos. 100 pesos is momenteel ongeveer 2 euro.
- Eten is redelijk goedkoop, reizen wat prijziger. De Filipino’s laten je graag regelmatig wat extra betalen (al is het niet veel), waar ze van alles voor verzinnen – denk aan een bijdrage voor het parkeren van je scooter bij een waterval tot terminal fees. Wel weer spotgoedkoop: biertjes en lokale rum.
- In een land vol eilanden reis je regelmatig met de ferry of pak je een binnenlandse vlucht. Vluchten en ferry’s zijn niet altijd goedkoop, kijk dus van tevoren vast naar je reisschema om alvast een vlucht te boeken. Andere vervoersmiddelen zijn jeepney’s (een soort taxi van omgebouwde Amerikaanse legerauto’s vol blingbling), bangka’s (Filipijnse bootjes) en tricylces (een motor met overdekte zijspan, een soort tuctuc).
- Op sommige plaatsen is er beperkt stroom en wifi, en soms helemaal niet. In de steden is het vaak beter. Onhandig voor digital nomads, heerlijk voor als je even offline wilt gaan.
- Hanengevechten zijn een ding in de Filipijnen… Dat betekent dat je niet alleen overal hanen zíet, maar ook hoort. Neem oordopjes mee als je niet elke ochtend om 5 uur wakker wilt worden.
Ik heb een geweldige tijd gehad in de Filipijnen! Een mix van op ontdekkingstocht gaan en relaxen tot je het zat bent en de bewoonde wereld weer in wilt. Ik heb nog duizenden eilandjes om te bezoeken, dus ik kom hier zeker terug. Ik ben benieuwd naar jouw tips en ervaringen!
Liefs, Ilse
